Vroeger, toen ik nog jong was bekeek ik alles met mijn kleine kinderoogjes, en voor alles was een logische verklaring. Sommige mensen zouden het naxefef noemen.
Neem bijvoorbeeld Sinterklaas. Ja ik weet het, hij is al een tijdje weer terug naar Spanje, maar hij is wel een goed voorbeeld om mijn verhaal mee te illustreren. Jaren terug, ik geloofde nog vast in de goedheiligman, had mijn moeder een keer een puzzel gekocht, met een afbeelding van Bambi. Precies de puzzel die ik graag wilde hebben. Ik zag hem liggen, en vroeg of die voor mij was. Uiteraard ontkende mijn moeder dat. De volgende dag vond ik de puzzel in mijn schoen.
Mijn moeder heeft toen niet eens zoveel moeite hoeven doen om dit vreemde voorval te verklaren: mijn reactie: ‘heey, ben je Sinterklaas gisteren tegengekomen?’
De zak van Sinterklaas was ook zoiets. Ik was er heilig van overtuigd dat ik, als ik niet lief was, mee moest naar Spanje. Wat dus betekende dat xe1ls ik al iets deed wat niet zo netjes was, ik niet wist hoe snel ik hiervoor mijn spijt moest betuigen.
Op dit moment zou ik een jaartje Spanje helemaal niet zo erg vinden, maar helaas, ik ben blijkbaar toch weer te lief geweest.
Alles was vroeger ook te verklaren: Sinterklaas was zo oud, omdat hij onsterfelijk was (niet dat ik als klein meisje al wist wat dat precies inhield, maar het klonk goed), hij kon overal tegelijk zijn, gewoon omdat hij alles kon, en zijn paard kwam op het dak door via de dakgoot omhoog te klimmen.
Ik was denk ik een jaar of zes toen de vragen kwamen. Klasgenootjes geloofden al niet meer in de Sint, en lieten dat ook duidelijk merken. Op een avond werd me verteld dat de goede man helemaal niet bestaat. Dat hij ooit wel geleefd heeft, maar allang dood is, en dat hij ook niet ieder jaar alle kinderen cadeautjes gaf. Het hele verhaal zo?n beetje dus. Mijn wereld stortte in.
Een paar uur later was ik er al wel weer bovenop, en tegenwoordig kan ik nog hartelijk lachen om mijn vroegere naxefviteit. Want als je hier echt goed over na gaat denken, dan is het ook best raar, dat er ergens in Spanje een man rondloopt van een paar honderd jaar oud, die eens in het jaar met zijn paard het dak op gaat om via de schoorsteen iets in jouw schoen te gooien. We hadden niet eens een schoorsteen (of eigenlijk toch wel, maar deze was dicht gemetseld), en onze schoenen stonden gewoon bij de achterdeur.
Het is ook wel vreemd, dat je juist dat cadeau in je schoen vind, waarvan je weet dat je moeder het dezelfde dag gekocht had. En is het niet onlogisch, dat onze Sint overal tegelijk lijkt te zijn, dat paps en mams al jaren van tevoren wisten dat Sinterklaas nooit persoonlijk bij ons thuis zou komen (uiteraard niet, dat zou betekenen dat ze zichzelf in zo?n kostuum moesten worstelen). En hoe kan iemand in xe9xe9n boek alle informatie over alle kinderen in Nederland verzamelen, tot in details? Hij wist zelfs dat ik altijd de langzaamste was met mijn rekenopdrachten(ja ik weet het, dit is nooit mijn sterkste kant geweest).
Toch heb ik het kinderlijke geloof wel weer gemist. Dat maakt het sinterklaasfeest toch net een beetje leuker.
En toch, ook al weet je dat je ouders ieder jaar dat cadeau voor je kopen, of heb je het zelfs voor jezelf gekocht, het blijft toch ieder jaar weer een cadeautje van sinterklaas. Want zolang er nog mensen in hem geloven, zal hij in zekere zin toch blijven bestaan!
Deze blog is oorspronkelijk geschreven op 11 december 2007
